ding 22: bibliotheek in de toekomst

Schrijf een blogpost over hoe jij aankijkt tegen Bibliotheek 2.0. Dat is niet gering, want eigenlijk komt het neer op schrijven over de bibliotheek in de toekomst. Maar vooruit met de geit! In mijn visie is er sprake van een Openbare Bibliotheek Nederland met landelijke aansturing, waarin ruimte is voor regionale, provinciale en plaatselijke accenten. De o.b.Nederland richt zich op de gebruiker. De gebruiker beslist zelf of hij digitaal is of niet.

Waarom een o.b.Nederland? De toekomst is een uitdaging en om de uitdaging aan te gaan, moet je groot en sterk zijn. Onze concurrenten Bol en Google hebben één adres, dus de bibliotheek ook:
- één website
- één catalogus Nederland
- één bibliotheekpas of hoe je het ook wilt noemen
- online communicatie, de hele dag, de hele week
- betrouwbare informatie van specialisten
- samenwerking met landelijke en regionale instellingen
- gebruikersprofielen
- gebruikers worden “medewerkers”

Waarom toch de verschillende accenten? Bibliotheken zijn grosso modo hetzelfde, maar net niet helemaal. Natuurlijk zijn er de verschillen in grootte, maar ook in plaatselijke cultuur. Voor de herkenbaarheid zul je daar rekening mee moeten houden:
- toegesneden collectie
- plaatselijk, provinciaal, regionaal kenniscentrum
- samenwerking met / ondersteuning van plaatselijke instellingen
- ontmoetingsplek
- activiteiten
- cursussen digitale informatievaardigheden voor volwassenen en voor scholieren

In mijn visie is er nog steeds plaats voor de “oude bibliotheek” naast de “digitale bibliotheek”. Problemen zie ik wel. Het valt me namelijk op dat informatie tegenwoordig gescand wordt. Men verwacht een pasklaar antwoord op een vraag. Er wordt maar een deel van de informatie gebruikt c.q. men gebruikt minder informatie. Ook een probleem lijkt me dat een groot deel van de kennis verdwijnt. Jongeren denken dat het kunnen vinden van informatie hetzelfde is als het hebben van kennis. Natuurlijk denk ik vaak “dat zoeken we op”, maar het zoeken gaat efficiënter met behulp van kennis.

Een ander probleem lijkt me het tempo waarin de aanpassingen zich afspelen, die is volgens mij te laag. Voor mijn gevoel is men meer met de details bezig dan met de grote lijn. Medewerkers moeten op een positieve manier betrokken worden bij de ontwikkelingen, zodat ze het als een uitdaging in plaats van een bedreiging zien, zodat het ze motiveert in plaats van verlamt. De betrokkenheid zal voor een deel moeten komen van bovenaf, maar ook voor een belangrijk deel van de werkvloer. Bestuurders moeten open staan voor suggesties, zodat de vermijdcultuur verdwijnt.

De cursus 23dingen heb ik met veel plezier gedaan en ik heb er veel van geleerd. Toch voel ik me eerder een amateur dan een professional op Web 2.0 gebied. Geeft het me voldoende mogelijkheden om te functioneren in Bibliotheek 2.0? Persoonlijk denk ik dat het een begin is en dat het door het aanbieden van meer scholing ontwikkeld moet worden. Verder stel ik voor dat de BNOF een dag de deuren sluit en met alle medewerkers in een bus naar bijvoorbeeld de OBA en het DOK gaat. Eens buiten de deur kijken, kan heel verfrissend en inspirerend zijn.